Sinds de zomer van 2016 zit je daar.
Rechtstreeks van mijn baarmoeder beland in een urne, met een veel te korte tussenstop in onze armen. Je maakte een korte, maar noodzakelijke landing, verbleef even in de transitzone om dan voorgoed verder te vliegen.
De urne van Idas.
Het is geen speciale urne, wel zo’n standaard pot van het crematorium.
Wit en klein en licht. Makkelijk te omarmen.
Eigenlijk vind ik urnen maar niets.
Nog steeds voel ik weerstand bij de grijze sfeer van een crematorium.
Wij, leden van dit boekje, delen wellicht de traumatische ervaring om een babywinkel met zachte dons en mini garderobe, onverwacht te ruilen met een begrafenisondernemer met kisten en grafvazen in de etalage.
Kleur werd grijs.
En plots stond ze daar.
Dé urne.
Nee niet zo plots. Ik had ze al een tijdje online op het oog.
Maar nu zag ik ze écht. Op stap met mijn zus en onze twee grote ‘metekinderen’.
Oog in oog met dé urne bij Splinter in Gent.
De kleur van gebakken klei met stukjes kleur als confetti.
De urne werd met de hand gedraaid en kreeg voor het drogen een knuffel met de handen, waardoor die er gedeukt imperfect uit ziet, maar perfect past in onze handen.
Binnenkort zit je daar, Idas. Je reist naar een nieuwe plek. Je urne is besteld.
Want hoewel ik 100% overtuigd was van de urne, wilde ik wel even overleggen met het thuisfront.
Ik ging naar huis zonder urne in mijn handen, maar met een urne in mijn hoofd. Thuis zeiden ze ja.
En zo krijg je heel binnenkort een nieuwe schelp rondom jou.
Deze column lijkt verdacht veel op een review van urnen. Mijn excuses. We zijn er zo blij mee!
Elk rouwproces heeft af en toe confetti nodig.
Splinter is een koffiehuis, winkel en troostplek in Gent, een mooie plaats voor alle tranen.