Ik herinner me nog goed de dag ik van het ziekenhuis naar huis reed. Geen maxi-cosi met kindje op de achterbank, maar een kindje dat via een andere auto gerepatrieerd zou worden naar België. Ons zoontje werd geboren op onze vakantie in Frankrijk en die eerste keer terug thuis voelde ontzettend onwerkelijk. Een week voordien was ik met zwangere buik vrolijk vertrokken, nu zat ik met een onwezenlijk gevoel in de zetel voor mij uit te staren. Hoe moest het nu verder?
“Eerste keer naar huis dag na de bevalling, zonder kindje.”
Het was de eerste ‘eerste keer’ van velen die nog zouden volgen. Want na die thuiskomst volgden een eerste nacht en een eerste ochtend zonder hem. Die eerste keer dat we in de auto de radio terug opzetten en de stilte lieten doorbreken door een vrolijke radiostem. Het voelde alsof wij in een ander universum leefden. De subtiele switch van radiokanaal van mijn man of mezelf wanneer een luisteraar op de radio toevallig net bevallen was, of net zwanger was of … Het waren verhalen waar ik op dat moment weinig mee kon.
“De 1ste keer alleen naar een winkel gaan. Mensen die je kent negeren je plotseling of maken rechtsomkeer. Zo confronterend”
Net zoals Stefanie vond ik die eerste keer naar de winkel gaan heel confronterend. Buiten de schrik om ‘bekend volk’ tegen te komen, was er bij mij ook de angst om ineens oog in oog te staan met een te schattige baby. Waar ik vroeger contact zocht met de baby en mijn liefste lach tevoorschijn toverde, merkte ik bij die eerste confrontatie op dat ik alleen maar wat kon staren naar dat wezentje dat mijn zoontje niet was, maar wel een hele resem aan gevoelens losweekte bij mij.
“De eerste keer sporten, mensen feliciteren je omdat je buik ‘plat’ is… “
Na heel wat maanden besliste ik voor mezelf om terug de stap te zetten naar de dansles. Als lesgeefster was de eerste stap om er terug te zijn en terug mee te dansen, de rest zou dan hopelijk stapsgewijs wel volgen. Die eerste keer heb ik eerst 15 minuten in het donker buiten gekeken naar de dansende mensen binnen. Mezelf afvragend hoe ik ooit ‘één van hen was’ en me afvragend of ik ooit terug ‘één van hen’ zou zijn. Twee werelden die zo ver uit elkaar leken te liggen. Ik moest al mijn moed bijeenrapen om daar binnen te stappen. De blikken die mensen naar me wierpen, waarvan ik niet wist of ze medelevend of medelijdend waren. De onwennigheid die ik voelde bij zowel mezelf als bij anderen. Het ontbreken van mijn talent om humor in te zetten in ongemakkelijke situaties als deze. Maar ‘ik overleefde’ het en zette week na week een stapje in de richting van meer durven, meer loslaten en meer bewegen.
“De eerste keer gaan werken vond ik heel moeilijk. Ik was overgeplaatst naar een locatie dichterbij en dat leek me beter omdat niemand me echt kende en wist wat er gebeurd was. Maar daarentegen juist ook heel zwaar. De verhalen van collega’s over hun kinderen waren confronterend. Uiteindelijk heb ik het ook niet volgehouden.”
De eerste keer terug naar het werk. Ik was eerst 3 maanden thuis voor mijn bevallingsverlof en besliste om nadien nog 3 maanden extra thuis te blijven. Na een half jaar startte ik halftijds terug op. Ik merkte voor mezelf dat ik die tijd nodig had om mezelf terug op te laden. Tegelijkertijd merk ik ook bij lotgenoten die hierover vertellen in ontmoetingsmomenten van Met Lege Handen dat dit voor iedereen heel anders aanvoelt. Sommige mama’s en papa’s kozen er sneller voor om terug te gaan werken, omdat de ‘routine’ en de structuur houvast bieden.
“Eerste keer naar familiefeest gaan waar iedereen rondliep met kleine kindjes”
Het gewone leven hervat zich en stilaan lijkt het alsof mijn omgeving verwachtingen uit. We krijgen uitnodigingen voor babyborrels, familiefeesten, trouwfeesten… en voelen ons zelf stilaan ook terug klaar om er naartoe te gaan. Omringd door voldoende mensen die me veiligheid kunnen bieden en met de rust dat ik naar huis ga wanneer het niet meer lukt. Die beveiliging in mijn hoofd blijkt voldoende, want meestal lukt het me. Alleen de babyborrels, daar ben ik 8 jaar later nog steeds niet naartoe gegaan (met uitzondering van mijn nichtje). Het voelt voor mij niet noodzakelijk om daarbij te zijn. Ik ga dan liever op een rustig moment kennismaken met het kleintje.
“Ik vond het eerste jaar heel moeilijk want alles is voor de eerste keer met ons sterretje bij ons.”
De eerste herfst, winter, lente en dan terug zomer na Nolan lieten ook bij mij een harde indruk na. Alles voelde alsof ik mezelf terug moest uitvinden. Alles was anders, want mama zijn van een sterretje is volledig anders dan mama zijn van een baby’tje. Ik bedacht het me achteraf vaak: hoe moet ik mama zijn van een sterretje? Voldoende boeken die houvast bieden om te zorgen voor een levend kindje, maar wat met een overleden kindje? Intussen zijn er gelukkig de boeken van Christine van het Berrefonds die al heel wat richtingen, acties en emoties belichten.
“De eerste keer in diezelfde kamer gaan op materniteit. Hoe raar ook, iedereen die ik kende lag na hun bevalling in die kamer (bij mijn beide kinderen erna heb ik gevraagd of ze me zeker niet in die kamer wouden leggen)”
“De eerste keer met mijn regenboogmeisje naar graf van Cas. De eerste keer op vakantie naar zee. De eerste keer terug gaan werken in crèche…”
“De eerste keer terug op spoed en in hetzelfde ziekenhuis binnenstappen, eerste keer sterfdatum, eerste verjaardag, eerste Moederdag, eerste keer familiefeesten met complete gezinnen, eerste ‘feest’dagen…”
Zoveel eerste keren, anders dan gedroomd, omdat ons kindje op een andere manier nabij is. Bedankt aan alle ouders die op de besloten facebookgroep van Met Lege Handen hun moeilijke eerste keren deelden 🧡
Sanne, mama van Nolan*