Mijn zwangerschap liep al niet op rolletjes. Complicaties, zware symptomen en zelfs bloedingen waren aanwezig. Toch ga je er niet vanuit dat je de 40 weken, of toch zeker de 36 weken niet zal halen.
Elke echo was perfect. De woorden van de gynaecoloog die mij verzekerde dat er niks aan de hand was, ondanks de bloeding na bloeding die ik had, snijden nog steeds door mijn gedachten. De 20-wekenecho was eentje om van te genieten. Aan 19+6 weken mocht ik langsgaan om elk detail te bekijken van onze prachtige zoon. Wat een droom. Ik had terug wat energie en keek uit naar de zomer die net gestart was.
De avond erna nam ik de mogelijkheid om een avondmarktje mee te pikken. Op het gemak met genoeg tussenstops was deze avond op een bijzondere manier geëindigd. Die avond had ik op het toilet een serieuze slijmprop verloren. De woorden van de assistent kwamen terug binnen: “Enkel bij hevige bloeding moet je terugkomen. Slijm of klonters bloed zijn normaal.” Toch vraag ik me op de dag van vandaag af hoe het anders had kunnen lopen als ik dan naar het ziekenhuis zou gegaan zijn. Zonder verder nadenken ging ik slapen. Om 4u15 riep ik de longen uit mijn lijf toen ik besefte dat mijn water was gebroken. 20+1weken was de lengte van deze zwangerschap en daar ging het bij blijven.
Elke vezel in mijn lichaam wist wat dit betekende. Na een arbeid van 13 lange uren kregen we ons zoontje in onze handen. Toch zijn die 13 uren arbeid mij minder bijgebleven dan de dagen erna. Het enige dat ik mij kan herinneren is dat ik zoveel mogelijk wilde nadenken over hoe ik mijn zoontje kon meenemen naar huis. En wetend dat het niet in een Maxi-Cosi zou zijn.
Dienst parochie hielp ons om bepaalde beslissingen te nemen en we kregen ook al snel uitleg over het kistje van het Berrefonds. Elk stukje herinnering gingen we vastleggen. Van voetafdrukjes tot zijn navelklemmetje in een glazen buisje. Van muziek en een invulboekje tot armbandjes die wij deelden met hem.
De dagen gingen voorbij, mogelijkheden om nog meer vast te leggen werden ingeperkt. Na het weekend werd hij uit de kamer weg gedragen in zijn klein, wit kistje. Het idee dat ik 2 dagen zonder hem moest was een hel. Maar daarna kregen we een mooie witte urne mee naar huis.
Verder waren we zeker dat we als ouders allebei een asketting wilden om hem zo altijd dichtbij te hebben. Toen we te horen kregen dat hij niet terug mee kon in die witte urne was het alsof ik opnieuw een stuk moest afgeven. Toen ik de dame vroeg om toch deze urne ook mee te geven nadat hij zijn gepersonaliseerde urne had gekregen, kreeg ik de vraag: “Waarom zou je iets meenemen waar er geen waarde mee inzit?” Het enige dat ik als gevoel kon uitspreken was: “Mama’s sparen de eerste kleedjes van hun baby toch ook? Elk klein deeltje dat met hem in contact kwam, is een deeltje om te koesteren, want veel van die deeltjes krijgen wij niet.”
Nu staat ons sterretje met zijn olifantje op de kast. En de witte urne? Dicht bij mij op mijn nachtkastje.
Ik hoor regelmatig verhalen van vroeger. Ik ben zo blij dat instanties als Boven De Wolken durven onze kindjes in de kijker zetten. Foto’s van een vroeggeboorte moeten niet angstaanjagend zijn. Toch voel je dat het delen van deze foto’s nog vaak gezien wordt als iets dat moeilijk te accepteren valt.
En de angst dat hij vergeten zal worden omdat er geen nieuwe herinneringen gemaakt worden van hem, is iets dat ik als mama moeilijk kan dragen. Daarom draag ik mijn steentje bij door te praten over hem en mensen mee te laten voelen. Tibbe is mijn eerstgeboren zoontje en het eerste kleinkind in de familie, nu en altijd. Mijn mooiste ster en binnenkort ook grote broer.